Aan de horizon verschijnt een warme gloed. Jess, één van de zeebiologen van de duikshop, pikt ons, gehuld in een lekker warme trui, al om 7u15 op aan de camping. In de winkel ondertekenen we allemaal de risico’s die gepaard gaan met onze zoektocht naar de grootste, levende vis ter wereld: de walvishaai.
In een volgeladen busje passeren we een door de NASA gebouwd Amerikaans modeldorpje. Via de 325 meter hoge torens communiceert de Amerikaanse marine met duikboten in de omgeving. Een half uurtje later stappen we in een rubberen bootje dat ons aan boord van de Mahi Mahi II brengt.

Heel West-Europa is van de partij: een jong, Engels stel en een Duits en Frans gezin vergezellen ons op de boot. De wind snijdt langs onze oren, maar het belooft een prachtige dag te worden. Schipper Shane legt ons de veiligheidsregels uit en stelt de andere crewleden, Jess, Andrew, Jackie en Louise aan ons voor. We krijgen een masker, snorkel, flippers en een droge wetsuit toegestopt. Voor wie nog nooit gesnorkeld heeft: een droge wetsuit is werkelijk de hemel.
Onderweg naar onze eerste locatie komt een groepje speelse dolfijnen ons een fijne dag wensen.

Ver hoeven we voor ons eerste snorkelsessie niet te varen, want we blijven in de lagoon. Jasper snorkelde, als enige van de groep, nooit eerder en proeft direct een aantal keer van het Australische zeewater. Flauwvallen zal hij vandaag niet doen. Pijlstaartroggen verstoppen zich onder een laagje zand, maar niemand is veilig voor Louises lens. Visjes in allerlei kleuren en maten zwemmen lustig in het rond. Helaas, ook hier verbleekte het koraal al grotendeels onder de felle zonnestralen.


Vermoeid tillen we onszelf terug aan boord, waar een heerlijke morning tea voor ons klaarstaat op het dek. Vanuit de kajuit zien we een reuzenschildpad voorbij zwemmen. Wist je dat ze 40 km/u kunnen halen wanneer ze schrik hebben!?
Ondertussen vliegt een klein vliegtuigje boven de oceaan, voor ons op zoek naar walvishaaien en reuzenmanta’s. Ze spot een luipaardhaai, familie van de walvishaai, en Louise verdwijnt onmiddellijk in het water om te controleren of we er mee kunnen zwemmen.

Op dat moment spot de piloot van het vliegtuigje echter ook een reuzenmanta. We varen er zo snel mogelijk op af en iedereen maakt zich klaar om terug in het water te glijden. Wetsuit aan, duikbril op, snorkel in de mond – GO GO GO GO!
Springen mag niet, want dat schrikt het beest af, waarop hij er tegen 60 km/u uit zou muizen. Vol adrenaline volgen we Jess en Louise in de hoop een glimp van het dier op te vangen. Het is maar een klein exemplaar en is al snel nergens meer te bespeuren. De piloot heeft hem nog steeds in het oog dus klimmen we terug op de boot en wachten we buiten adem op het dek – wat is dit spannend! Jasper en ik duiken de tweede keer als eersten terug in zee en het elegante dier zweeft als het ware onder ons door.

Nog volledig onder de indruk gaan we op zoek naar bultruggen en nog meer dolfijnen. Spinning dolfijnen, tuimelaars en bultrugdolfijnen… You name it en het bestaat. Deze laatste soort ontdekte en benoemde men pas vorig jaar (2014). Een kalfje zwemt lekker tussen zijn vermoedelijke ouders mee.

De walvissen spelen met onze voeten en net wanneer we aan de lunch willen beginnen, komen ze af en toe piepen. Maar net boven het wateroppervlak krult de staart in een boog om terug in de diepe oceaan te verdwijnen. Ondertussen zitten we verder buiten het rif en nemen de golven in hoogte toe. Schommelend over het water proberen we onze broodjes zonder te knoeien naar binnen te spelen.

Na het lichte middagmaal, de golven maakten onze magen toch wat overstuur, zetten we terug koers naar de lagoon om nog een laatste keer de onderwaterwereld te bewonderen. Net voordat we daar aankomen, ontdekt de crew een hamerhaai. Hier gaan we toch niet mee zwemmen, of wel? Na overleg met Shane mag iedereen die wil toch het water in. Mijn hart klopt in mijn keel. Deze kans mogen we niet laten liggen, maar het blijft wel een echte haai! We zwemmen achter Jess aan alsof ons leven er vanaf hangt, maar na enkele rondjes maakt het beest zich toch uit de voeten.
Blauwe zeesterren kleuren de bodem en de gekste vissen omringen ons. Nemo komt ook nog eventjes een kijkje nemen. Deze dag overtrof al onze verwachtingen, ook al kwam de hoofdrolspeler niet opdagen op het toneel. We wisten op voorhand dat we ons wat buiten het seizoen bevonden. Maar dat wil niet zeggen dat je de trip moet overslaan!




